Hans

Eens zat ik in een zaal waar
hij zijn gedichten zong,
al wat rustiger en heel bekend,
maar zijn gedicht, zo klonk het daar,
had een geluid, zoals van Hans
- en deinend op zijn feestcadans
was iedereen verrukt present.

Het was een hemelslicht gedicht
en heette 'liggen in de zon'
en hoe hij duidelijk zeer duidelijk
daar ligt alsof 't niet beter kon
met al dat zonlicht pizzicato
dat hij zo monomaan,
zo monodwaas van licht
bezingt als wonder boven wonder,
hoe hij er ligt, alleen maar stil,
en alles weet wat hij maar weten wil
van 't licht dat op en om hem ligt.

Nooit ben ik het vergeten
hoe het maart was, en koud
- en ene Andreus bij mijn weten
zijn vers voorlas, waarvan het goud
nog altijd glanst rond zijn gezicht
als licht dat op en om hem ligt.

Reacties

  1. Dat licht, wonderlijk licht.
    Het licht dat doet stralen

    BeantwoordenVerwijderen
  2. heb een paar van zulke kanjers 'live' kunnen bewonderen, Hilly, 1972, Brussel, ... daar kwam ik toen écht in de ban van hun woorden en gaven...

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten