je naam steeds bewaard

Er was die tijd in ’t jeugdcafé
aan de ton in de hoek toen ik soms rookte
en steeds geroezemoes, herinnering hing
in verzen op wat viltjes snel geschreven
het buiten donkerde en ik vanbinnen kookte

er was maar enkel jij en ik op het toneel
en om ons heen slechts figuranten
de stoelen schuurden over vloer van hout
ik voelde mij gekend alleen
en naast jou oud, zo oud

en toen uiteindelijk niets meer werd gezegd
in woorden vluchtig nat
door je tranen die er veel te veel geweend
en ik geen enkel dicht meer waard,
zelfs geen letters meer nog in mij had

heb ik toch je naam immer bewaard

Reacties